Sinds D66’er Thom de Graaf zijn slap uitgevoerde baantje als
niet-gekozen burgemeester van Nijmegen afwaardeerde tot springplank voor een
terugreis naar Den Haag, gonst het namen over zijn opvolging. Voor de nieuwe
burgemeester is nu een heuse ‘profielschets’ opgesteld. Maar
zoiets is natuurlijk flauwekul, want het gaat er altijd om wie het best
past bij onze stad.
De afgelopen oktober gehouden peiling over welke eigenschappen en kwaliteiten
de Nijmegenaren het belangrijkst vinden in de nieuwe burgemeester, levert
een nagenoeg gelijke uitkomst op als die van 2006, met in de top-4: bindt
mensen, wekt interesse voor de stad, is daadkrachtig en is gemakkelijk in
de omgang. Hier kwam dus vijf jaar geleden de gesjeesde minister Thom de
Graaf op af, die het wel geinig vond om hetzelfde ambt als zijn vader te
bekleden, die hier burgemeester was van 1967 tot 1978.
Nijmegen doet er daarom beter aan zich duidelijk uit te spreken.
Zo moet ten eerste de nieuwe burgemeester een vrouw zijn. Vrouwelijke
burgemeesters brachten het hier altijd beter ervan af. Ien Dales staat
iedereen nog bij. En na haar is Guusje ter Horst de beste burgemeester
geweest, alle -vaak terechte- kritiek ten spijt.
Ten tweede moet de volgende burgemeester uit GroenLinks komen. Deze partij
kwam bij de raadsverkiezingen opnieuw als grootste uit de bus en is
intussen zo geworteld in Nijmegen dat het tijd wordt voor een
burgemeesterspost hier.
Als derde eis moet de nieuwe burgemeester ervaring hebben met het Nijmeegse
politieke en maatschappelijke leven. We willen natuurlijk wel een
burgemeester die onze stad met al haar genuil echt kent.
Vanwege de kille rechtse bezuinigingen door VVD, CDA en PVV moet als
vierde eis gelden dat de nieuwe burgemeester zich inspant om van Nijmegen
een duurzame gemeente te maken. Hierbij is duurzaamheid breder bedoeld
dan alleen klimaatvriendelijk en groen, maar is tevens gericht op
economische duurzaamheid. Een regionale betaaleenheid bijvoorbeeld
stimuleert de lokale bedrijvigheid en maakt Nijmegen ongevoeliger
voor de grillige (inter)nationale economische kapitaalmarkten.
Chiemgau (Duitsland) en Brixton (Groot-Brittannië) zijn hiermee
al succesvol.
Tja, en wie is dit profiel op het lijf geschreven? Juist, Lenie Scholten.
Toen in 2002 het eerste linkse college van Nijmegen aantrad, bekleedde
Scholten daarin de wethouderspost Economische Zaken . Om te benadrukken
dat bij haar de mens voorop staat, doopte zij deze portefeuille prompt
om tot Werk en Inkomen. Dit tot grote irritatie van de door de
ex-CDA-wethouder Ronald Migo gedomineerde Kamer van Koophandel,
die moord en brand riep. Achteraf erkennen vriend en vijand dat
Scholten prima werk verricht heeft: Nijmegen kon later in eveneens
economisch zware tijden klappen opvangen zonder dat de zwakkeren
zwaar hoefden te bloeden.
Dus: Lenie voor het burgemeesterschap! Als ze niet solliciteert, dan
moet Nijmegen haar desnoods nederig vragen.
Planken
--== column ==--
Dik Hout
[mei 2011]
Muurweg. Zo kan de zuidkant van Plein 1944 beter heten. In de middeleeuwen liep
daar een deel van de stadsomwalling. De overblijfselen ervan zijn eind februari
uit de grond gesloopt. Daarmee is helemaal de muur weg.
De ontdekking van deze muurrestanten met een onbekende toren is een
archeologische sensatie. Het duidt erop dat Nijmegen een dubbele stadsomwalling
kende. Dat maakt Nijmegen nog meer bijzonder. In Nederland is dat alleen van
Deventer bekend.
Een beetje kordaat stadsbestuur met visie had het volbouwen van Plein 1944 met
torenflats rücksichtslos omgegooid voor deze bijzondere vondst. Die moet
nu wijken in het belang van de commerciële projectontwikkelaar waar op de
eerste plaats het snelle geld telt.
Dat de eeuwenoude stenen bij elkaar zijn gemieterd om elders misschien ooit nog
een plekje te krijgen, is natuurlijk volstrekt oninteressant. Niet de
historische overblijfselen moeten worden ingepast bij nieuwbouw, maar nieuwbouw
dient zich te voegen naar de historie van Nijmegen.
Hoe Nijmegen met haar verleden omspringt, is op het deerniswekkende af. Stoer
zich op de borst slaan als oudste stad van Nederland, een belachelijke
nep-toren als donjon willen neerzetten in het Valkhofpark, maar de rijkdom
onder de grond als een hinderlijke kostenpost behandelen in plaats van een
winstpakker voor haar uitstraling.
Een treffend voorbeeld is hoe ruim twintig jaar terug bij de bouw van het
casino de vondst van een tachtig meter lange Romeinse muur het onderspit moest
delven. Zielig staan achter lelijk spiegelende ramen nog wat restanten als
voetnoot van waarmee Nijmegen een begin had kunnen maken zich internationaal op
de archeologische kaart te zetten.
De kunst bij het presenteren van bodemvondsten is deze aantrekkelijk zichtbaar
te maken. Nijmegen voert hierop volstrekt geen innoverend beleid. Erger nog,
PvdA-wethouder Kunst wil zelfs het complete budget van de archeologische dienst
schrappen. Die moet zichzelf maar zien te bedruipen. Terwijl elke stad die
investeert in het zichtbaar maken van haar verleden dat op den duur in veelvoud
terugverdient. Aan toerisme, imago en aantrekkelijkheid. Een kwestie van
langetermijndenken en identiteitsbesef.
Het gebrek daaraan blijkt ook weer bij de ontwikkeling van Nijmegen-West. Onder
de swingende naam Waalfront gaat daar zo’n beetje alles op de schop om de
zoveelste moderne planmatige wijk uit de grond te stampen. Dat daar talloze
bodemschatten liggen uit de Romeinse tijd, is zeker. Net als bij Plein 1944
wordt bewust nagelaten vooraf een bodemscan te maken. Niet vanwege de kosten,
maar om te voorkomen dat belangwekkende vondsten de bouwplannen overhoop halen.
Zo bouwt Nijmegen haar verleden kapot.
Planken
Zie ook eerdere columns Dik hout:
NSk mei/juni 2011 (Kapotbouwen)
NSk februari 2011 (TIP in Goffertpark)
NSk november 2010 (schrappen subsidiebanen)
NSk mei 2010 (verraad GroenLinks)
NSk februari/maart 2010 (privacy)
NSk december 2009/januari 2010 (val college)
NSk juli 2009 (politiek examen)
NSk mei 2009 (tippelzone)
NSk maart 2009 (PvdA)
NSk december 2008 (sociale dienst)