[ verder ]
---
|Column|
Dik Hout

---
Nijmeegse Zaken
---
Kort en bondig
---
[ Braams blik ]
---
Henk Braam kijkt naar Nijmegen
---
[ cartoon ]
---
Steeds meer supermarkten op zondag open
---
[ meest gelezen ]
---
Artikel:
Een brug te veel
Editie: november 2004

---
Artikel:
Het Stadskrantstatendebat Editie: februari 2011

---
Artikel:
Editie: juli 2013

---
Artikel:
Behoefte aan het oorspronkelijke
verdwijnt nooit
Editie: juli 2013

---

--==Saïd Achouitar: Nijmegenaar van het Jaar==--
Probleemaanpak met ballen

Nijmegenaar van het Jaar, die eer viel Saïd Achouitar te beurt voor zijn unieke zaalvoetbalproject met jongeren van 9 tot 16 jaar in combinatie met huiswerkbegeleiding. „Een rolmodel voor de jeugd”, omschreef de jury deze Nijmegenaar van Marokkaanse afkomst.

door Albert Santing

„Ik ben een typisch Nederlands-Marokkaanse jongere. In 1982, toen ik negen maanden oud was, verhuisde ik met mijn moeder naar Nederland. Mijn vader werkte hier sinds 1968 als gastarbeider”. In Heseveld, waar Saïd Achouitar opgroeide, was weinig te beleven. „Geen activiteiten voor de jeugd, helemaal niks. De vraag ernaar bestond wel. Er werd niet naar ons geluisterd. Dus ging je wat rondhangen. Tja, dan sneuvelt er weleens een bushokje.”

In 2000 kwam bij Achouitar de ommekeer. „Ik keek rond in de wijk en vroeg me af: hoe gaat het over vijf jaar met die jongens? Hoe voorkom ik dat het van kwaad tot erger gaat? En ik dacht: kom, ik ga met die jongens een balletje trappen. Zo leerde ik hen beter kennen en ging het balletje letterlijk rollen”.

Voor de zaalvoetbalactiviteiten die hij begon te organiseren, verlangde hij van de deelnemers wel dat ze zich gedroegen. Die aanpak slaagde wonderwel. „Wat ik deed, is heel simpel: onduidelijkheden voor de jongeren wegnemen. Ik liet zien dat zíj belangrijk waren, leefde me in hun situatie in, luisterde naar hen. Met dezelfde achtergrond die ik heb, was dat niet moeilijk”.

Dat was niet het enige. Veel jongeren kampten met achterstanden op school. „Inzet en gedrag, daar ging het mij om. Is je gedrag goed en toon je inzet, dan komt de rest vanzelf. Dat geldt voor zaalvoetbal, en ook voor schoolprestaties.”

Die benadering sloeg aan. „Het begon met zes jongeren en algauw was dat het viervoudige. Stonden ze bij mij op de stoep met hun sporttas! Mond-tot-mondreclame deed de rest. Ze wilden er allemaal bij horen. We hadden al snel meer spullen nodig. Wethouder Hans van Hooft heb ik toen aangesproken voor ondersteuning. Ik zei: dit is reclame voor de stad Nijmegen. Waarna ook dat balletje ging rollen.”

Uiteindelijk leidde dit tot het project Futsal Chabbab. „Futsal betekent zaalvoetbal en Chabbab is Arabisch voor jeugd”, licht Achouitar toe. „Futsal Chabbab heeft nu succesvolle projecten in meerdere Nijmeegse wijken en de jongens met wie ik in 2000 begon, zijn nu de trainers van een volgende generatie. Zo breidt het zich uit als een olievlek.”

Klapper

Over het verschil met het gewone jongerenwerk heeft Achouitar een scherp oordeel. „Het begint al bij de beleidsmedewerker, die kent geen straattaal. Die zit daar zo van: vandaag verzinnen we wat voor Hatert. Dan hebben we, met alle respect, de uitvoerders van welzijnsorganisaties als Tandem of de Sportservice Nijmegen. Die zijn er van maandag tot vrijdag en van negen tot vijf. Maar je moet er in het weekend zijn. Verder stellen wij eisen aan de kinderen. Van vrijblijvendheid is geen sprake. Meedoen mag, maar daar staat wel iets tegenover! Ik wil hun schoolrapporten zien. Zijn die niet goed, dan gaan ze naar huiswerkbegeleiding. Is de volgende keer het rapport goed, dan hoeft dat niet meer. Zo niet, dan heb je een probleem. En alles wordt in een klapper bijgehouden. Daarmee stimuleer je ze om goed op school te presteren.”

Intussen draait het allang niet louter om zaalvoetbal. Met het Kandinsky College is een aantal jaren geleden het huiswerkbegeleidingproject gestart. En vorig jaar is de Stichting ter Bevordering van Futsal Chabbab (SBFC) opgericht om de activiteiten van Futsal Chabbab te coördineren, fondsen te werven, een leermethode te ontwikkelen, en een stage-leerbedrijf op te zetten.

Naast de gemeente is er nu ook ondersteuning vanuit woningcorporaties die zaalvoetbalprojecten en huiswerkbegeleidingprojecten in de wijken uitvoeren. Toch kan de ondersteuning beter. „We hebben nog van alles nodig. Vooral bij het stage-leerbedrijf. Kantoormeubilair, computers, noem maar op. Dus als iemand ons wil steunen...”, geeft Achouitar glimlachend een voorzet.

De verbreiding van het project is inmiddels in volle gang. „Ede en Arnhem zijn geïnteresseerd. Met deze prijs kan ik de burgemeesters van Nijmegen en Arnhem vragen meer bekendheid te geven aan wat ik doe.”

Ondanks alle aandacht blijft Achouitar nuchter. „Pas nog overleed mijn opa. Dat relativeert de successen. Ik doe het goed, dat weet ik, maar ik vergeet niet dat vreugde en verdriet dicht bij elkaar liggen.” .

www.sbfc.nl



Saïd Achouitar: „Inzet en gedrag, daar gaat het om, dan komt de rest vanzelf.”
foto: Rob Mols

 

Webmaster: Joris Teepe